nvshstandpuntaanscherpingzedenwet

De NVSH is van mening dat deze aanscherpingen onwenselijk en onnodig zijn, geen recht doen aan de maatschappelijke werkelijkheid en afbreuk doen aan de emancipatie van minderjarigen.

De volgende aanscherpingen van de zedenwet zijn sinds de goedkeuring door de Eerste Kamer een feit:

  1. Seksuele contacten beneden de zestien jaar zijn strafbaar.
  2. Poseren voor foto’s die als onzedelijk beschouwd kunnen worden, mag pas vanaf achttien jaar.
  3. Zogenaamde ‘virtuele kinderporno’ is strafbaar.
  4. Het vereiste van dubbele strafbaarstelling vervalt.

De NVSH is van mening dat deze aanscherpingen onwenselijk en onnodig zijn, geen recht doen aan de maatschappelijke werkelijkheid en afbreuk doen aan de emancipatie van minderjarigen. Zoals bekend mag worden verondersteld, vloeien de wetsvoorstellen voort uit internationale afspraken om te komen tot betere maatregelen tegen seksueel kindermisbruik. De NVSH is allerminst voorstander van seksueel kindermisbruik. Maar met de voorgestelde maatregelen zal niet worden bereikt wat men ermee beoogt.

Wij gaan nu op elk van de aanscherpingen afzonderlijk in.

  1. Het klachtvereiste is in de jaren 70 ingesteld als poging om mensen tussen 12 en 16 een klein beetje de ruimte te geven om hun eigen seksuele ervaringen op te doen – met wie ze maar wilden – zonder dat daar onmiddellijk de politie bij kwam. Als de jongere niets te klagen had, zo was het idee, dan had de politie daar ook niets mee te maken. Helaas werd toch ook maar de bepaling opgenomen dat niet alleen de jongere zelf, maar ook diens ouders en eventueel de kinderbescherming zo’n klacht konden indienen. Daar had die jongere dan dus niets over te zeggen. Maar goed, als de ouders een beetje normaal waren, en de jongere zelf geen klacht indiende, kwam er helemaal geen politie aan te pas. Dit klachtvereiste is nu afgeschaft. De politie kan dus in elke zaak waar iemand onder de 16 bij betrokken is, optreden, verhoren, arresteren. Het maakt in principe niet uit hoe oud de partner van die jongere is.
    De wetswijziging maakt dus dat ook tegen de zin van betrokkenen een juridisch onderzoek kan worden ingesteld en er pas “gehoord” wordt als de stigmatisering en opschudding die met zo’n onderzoek gepaard gaan al in volle gang zijn. Seksuele contacten van jeugdigen worden door deze benadering als ongewenst, immoreel, en gevaarlijk beschouwd. Dat heeft op den duur een negatieve invloed op de vaardigheid, kennis, en vrijheid die voor een verantwoordelijk en plezierig liefdesleven vereist zijn. Nederland heeft tot nu toe, dankzij open opvattingen over jeugdseksualiteit een voorbeeldfunctie vervuld als het ging om seksuele voorlichting en het beperken van ongewenste zwangerschap, abortus en soa. Het steeds meer seksueel onmondig en bang maken van jonge mensen zal op den duur ook dit preventieve gedrag ongunstig beïnvloeden. De bestaande wetgeving geeft voldoende handvatten om ongewenste intimiteit en seksueel misbruik tegen te gaan. De voorgestelde wetswijziging zal niet het beoogde effect sorteren en daardoor hooguit leiden tot een roep om nog strengere wetten.
  2. Pornografie heet kinderpornografie als de afgebeelde nog geen 18 jaar oud lijkt te zijn. Strafbaar is al het bezit van één afbeelding waarop zo iemand voorkomt die ‘een seksuele gedraging’ vertoont (wat dat is, is niet duidelijk). Onder bezit wordt ook verstaan het aanwezig zijn in de computer. Wie een dergelijke afbeelding via e-mail ontvangt, moet die onmiddellijk wissen. (Maar ook dan blijft het bestand in de computer aanwezig. Dit kan advocaten nog werk bezorgen.) Er staat niet vermeld of iemand er voor het wissen eerst naar mag kijken. Waarschijnlijk niet, want het kijken is in feite strafbaar gesteld in 248 c Sr (over pornoshows): Aanwezig zijn bij ontucht van een minderjarige (iemand onder de 18) is strafbaar.
    Alleen al het kijken naar een afbeelding is dus strafbaar (uiteraard niet voor politie en justitie). Wat ontucht is weet niemand, maar het heeft wel iets met seks te maken. De minister heeft bezworen dat normaal seksueel gedrag geen ontucht is. Heel fijn om te weten. Maar het zijn politie en justitie die wel uitmaken wat normaal is. Het kijken naar porno gebeurt volgens de minister achter gesloten gordijnen (hoe zou hij dat weten?), en hij zou daar wel tegen willen optreden, maar daartoe ontbreken hem de middelen en de mankracht.
    De wet laat seksuele kontakten vanaf 16 jaar toe. Waarom zouden die dan niet gefotografeerd mogen worden, mits de betrokkenen daar mee instemmen natuurlijk?
  3. Ook het bezit van virtuele kinderpornografie is strafbaar. Onder virtuele pornografie worden afbeeldingen verstaan die niet op echte kinderen zijn gebaseerd, maar wel die indruk wekken. Wat betreft tekeningen en schilderijen, die zijn strafbaar als ze ‘levensecht’ zijn. De politie kan dus altijd optreden, behalve misschien tegen abstracte kunst. Geschreven teksten blijven (voorlopig?) niet strafbaar. Het argument van de politiek om ook dergelijke afbeeldingen strafbaar te stellen is dat ze schade kunnen veroorzaken ‘omdat ze misbruik suggereren’. Volgens de NVSH slaat deze redenatie nergens op. Wel wordt duidelijk dat het uitgangspunt van de wetgever om misbruik, geweld en exploitatie van kleine kinderen tegen te gaan geheel is ontaard in een strijd tegen al wat niet aan (geveinsde) fatsoensnormen voldoet.
  4. Als iemand in een ander land iets doet wat daar wel mag maar hier niet, dan kan zo iemand hier niet voor dat feit veroordeeld worden. Het moet in beide landen strafbaar zijn. Dit heet ‘het vereiste van de dubbele strafbaarstelling’. Dit lijkt logisch: stel je hebt een vriendin van 14 in Italië. Daar mag dat. Het zou dan gek zijn als je hier in Nederland voor dat feit gearresteerd zou worden en als kinderverkrachter berecht zou worden. Toch is dit wat er onder de nieuwe zedenwet mogelijk is.